Voor het ALFI-dispuut op 17 februari 2003.
Van Eite Veening
Over de 3Wt-R; een update.
In December 1998 promoveerde ik op "De Werkelijkheid van 3 Werelden"; over de driewereldentheorie van Popper, afgekort 3Wt. Om geen misverstanden te laten bestaan en discussies over wat Popper nu wel of niet echt bedoelde te voorkomen ga ik verder uit van de 3Wt-R, mijn Revisie van de 3Wt. Popper is onschuldig ten aanzien van wat volgt; ik sta weliswaar stevig op zijn schouders maar acht mij niet verplicht om alleen door zijn bril te kijken en heb een hele doos eigen brilletjes gemaakt intussen.
Een korte schets voor wie toen in 1998 niet onder ons was en voor degenen bij wie het intussen is weggezakt: de 3Wt-R stelt dat er 3 soorten "entiteiten" zijn; ten eerste de fysieke (alles wat we normaliter als "echt bestaand" en "objectief beschouwen; dingen, straling etc.), ten tweede de mentale/psychische (alles wat we dus subjectief ervaren en wat in die zin echt bestaat) en ten derde de conceptuele/abstracte entiteiten (alles wat als objectief "begrip" bestaat).
Deze 3 zijn volgens de 3Wt niet tot elkaar reduceerbaar, vormen elk een complex van soortgelijke entiteiten met een eigen orde, een eigen autonomie ("buitenwereld", "binnenwereld", "denkwereld" etc) en vormen daarom "werelden". Dus drie substantieel en fundamenteel verschillende soorten entiteiten, gecombineerd tot drie verschillende werelden. Triadisme dus.
Met relaties tussen entiteiten natuurlijk. Talloze verbanden, zowel "interwereldlijke" (tussen W1-entiteiten, of tussen W2-entiteiten, of tussen W3-entiteiten) als "intra-wereldlijke" en dus tussen specifieke W1-entiteiten (e1) en/of specifieke W2-entiteiten (e2) en/of specifieke W3-entiteiten (e3).
Een stoel (als ding, als waarneming/herinnering, als concept) is een goed voorbeeld van een "tri-entiteit" met "pendante" entiteiten in alle drie de werelden. Maar er zijn ook bi- en solo-entiteiten; ga maar na…..
Verbanden en relaties dus, maar geen grote orde, geen grote harmonieuze structuur. Ik zeg er op de avond nog wel wat meer over en anders leze men het na of bestelle men alsnog mijn proefschrift!
Nu dan; we zijn intussen enkele jaren verder en ik vind de 3Wt-R nog net zo fraai als toen, wat elke regelmatige dispuutsbezoeker zal herkennen want zelden gaat een avond voorbij waarop niet even naar de 3Wt-R werd verwezen!
Vanavond dan een update. Ik ben verder met de 3Wt-R gegaan en er ook verder mee gekomen, al is het allemaal nog pril en nog te weinig voor nieuwe publicaties maar als onze geliefde Sophia mij welgezind is komt er nog eens een Echt Boek!!
Ik ben op twee terreinen verder gegaan.
Het eerste terrein is het lastigste en dat is de Meest Fundamentele Metafysica.
Het tweede terrein is toegankelijker en is ook het terrein waarover ik in Wenen op het 100-jaar-Popper-congres heb gesproken: mijn uitwerking van de 3Wt van Popper naar de leefwereld(en), zoals bekend van Husserl en navolgers.
Het is voor een avond zeker te veel van het goede om beide terreinen aan bod te laten komen en ik wil me voor de avond dan ook op het tweede concentreren; ook omdat de leefwereld in januari in ons dispuut aan bod kwam.
Wat die MFM toch even betreft: ik ben (als zoveelste filosoof) op zoek naar een universele "semantiek", een terminologie waarin alle beweringen precies vertaald kunnen worden. Die semantiek omvat in potentie alle beweringen, proposities, oordelen over alles; zowel kwantitatieve als kwalitatieve. Het gaat dan om onder andere de representatie van relaties tussen e1-entiteiten onderling, tussen e1- en e2-entiteiten, e1- en e3-entiteiten, e2-entiteiten onderling etc. Ik ben daar nu een stuk verder mee dan in mijn proefschrift, maar het wordt pas leuk als ik de beschouwingen van recente metafysica-reuzen (Putnam, Davidson, Dumett, McDowell) hiermee ga analyseren en zover ben ik nog niet. Dus misschien is het ook wel niets. Maar dat denk ik nog niet echt……
Leefwerelden. De truc die ik in mijn proefschrift al uithaalde was om de 3 werelden gewoon in Husserls concept te schuiven en dus te zeggen: er zijn 3 leefwerelden. Mensen leven in 3 leefwerelden, habitats, H1, H2 en H3. Zowel individueel als collectief als "specieel" (dieren leven in andere H’s 1 en 2 dan mensen; of er dieren zijn die ergens in W3 een H3 hebben is eigenlijk onbekend maar niet onwaarschijnlijk).
Hoe verhouden W en H zich? Een leefwereld is natuurlijk altijd een deel van een wereld. Als we nagaan hoe klein onze menselijke H1 is in vergelijking tot de omvang van W1 (het heelal!) dan is dat duidelijk; dat geldt bij H2 en H3 natuurlijk ook maar minder extreem (en omstreden: zou W3 meer entiteiten omvatten dan de som van wat alle menselijke H3-en in de loop der eeuwen heeft omvat?).
De kwalitatieve posities (van mensen) in een H kennen een gradueel verloop op twee assen (en die heb ik speciaal voor mijn verhaal in Wenen bedacht) en dat zijn de assen van "vertrouwdheid/bekendheid" en van "veiligheid". Dat levert een matrix op met waarden en met plekken en daarmee zijn alle mogelijke posities in leefwerelden "existentieel-fenomenologisch" netjes te typeren. Die typering is dan een H2-kwalificatie voor H1-, H2- en H3-entiteiten, maar dit terzijde.
Ergens "thuis" zijn, ergens "verdwaald" zijn, ergens "op reis" zijn; het zijn typeringen van posities in leefwerelden en zij gelden voor alle 3 en dergelijke typeringen zijn in het assenkruis te positioneren. Dit laat zich voor iedere mogelijke menselijke situatie in alle drie de werelden uitwerken; individueel en collectief en specieel. Zo zijn menselijke conflicten ook te typeren en menselijke problemen; voorbeelden te over en discussie daarover kan op de avond…..
Ik wil samen met name in gesprek gaan over de in mijn proefschrift al genoemde kwestie van de mensenrechten in de 3 leefwerelden. Actueel! Sterker dan toen!
Vrijheid in W1 is immers iets anders dan vrijheid in W2 en dat is weer iets anders dan vrijheid in W3. Toch?
Vrijheid in W1 is bijvoorbeeld vrijheid van beweging, van migratie. Simpel: wonen en reizen en verblijven waar je wil. Hier past ook: vrijheid om over het eigen lichaam (als mest intieme locatie in W1) te beschikken. Heel "gewoon" maar toch…
Vrijheid in W2 is bijvoorbeeld vrijheid om te voelen en te ervaren wat je wil. En dan zijn er vragen mogelijk die andere zijn dan bij W1. Is die vrijheid fundamenteel? Mag iemand bijvoorbeeld alle lusten ervaren die zhij wil (als zhij daarmee niemands H1 schendt natuurlijk, en dat kan)? Of zijn hier toch morele grenzen aan te stellen en zijn er "plekken" in W2 waar een mens eigenlijk niet mag komen? Ik weet dat er wat dit betreft een fundamenteel liberalisme wordt voorgestaan maar ik wil daar nog wel even goed over denken samen. Los van controle en sancties etc.
Vrijheid in W3 is dan bijvoorbeeld vrijheid om te denken en te vinden wat je wil. Opvattingen en oordelen hebben dus. En als boven: we hebben een cultuur waarin wat dit betreft een grondig liberalisme wordt voorgestaan met een absolute vrijheid van mening. Weer wat anders dan meningsuiting want dan komt het in W1. Weer: ik wil nog eens nagaan of dit vanzelfsprekend is of dat er toch ook morele grenzen gesteld moeten worden aan de bewegingsvrijheid in W3.
Voor alle duidelijkheid: juridische grenzen zijn alleen in W1 aan de orde; alleen gedrag (publikaties, handelingen, uitingen) kunnen worden vastgesteld en gecontroleerd en geobjectiveerd en eventueel bestraft; ook al is dat al heel complex.
Maar ik wil het graag over de morele grenzen hebben. Over grenzen die mensen elkaar en zichzelf horen te stellen. Of niet. Die leefwerelden hebben dus een ethische dimensie. Dat vind ik extra spannend.
Tot maandag de 17de!