De dynamische kracht van logica’s bij Annemarie Mol
Jacquelien Rothfusz
De disciplineringtheorie van Foucault (1975,1977) maakt het mogelijk om een heldere analyse te geven van de manier waarop machtsmechanismen werken en hoe dit samenhangt met uitsluiting en disciplinering. Foucault geeft echter geen bruikbare uitweg uit de orde die op deze manier geconstrueerd wordt. De vraag is of Foucault zodanig aangevuld kan worden dat veranderingsprocessen mogelijk worden. Mogelijk geeft het begrip ‘logica’, zoals Mol (2006) dit gebruikt, meer mogelijkheden om veranderingsprocessen te bevorderen en te beschrijven. Mol ontwikkelt het concept ‘logica’ als alternatief voor het begrip ‘discours’ bij Foucault. Mol beschrijft logica’s als een "zinvol samenhangend cluster aan manieren van denken en doen." (Mol, 2006, blz.17). Een logica maakt begrijpelijk wat binnen een bepaalde context logisch handelen is. Hierbij gaat het niet alleen om taal, maar ook om gebouwen, gewoonten en apparaten. Verschillende logica’s kunnen naast elkaar staan. In haar boek ‘De logica van het zorgen’ vergelijkt Mol twee verschillende logica’s: de logica van het kiezen en de logica van het zorgen. Deze logica’s beschrijft ze aan de hand van een gevalsstudie: ‘de behandeling van en het leven met diabetes’. Ze laat gedetailleerd zien hoe deze logica’s geconstrueerd kunnen worden aan de hand van de praktijken rond diabetes. Ze verschillen duidelijk van elkaar en beide vervullen ze een belangrijke functie in het leven met diabetes. De logica van het kiezen sluit aan op het marktdenken. Binnen deze logica gaat het over autonome burgers die hun eigen keuzes maken. De logica van het zorgen gaat veel meer over de verbanden tussen mensen. Hier gaat het meer over handelingen en over liefdevolle zorg. .
Mol stelt dat het Westen niet alleen bepaald wordt door het dominante liberale vertoog over keuzevrijheid en verantwoordelijkheid van het individu. Ze veronderstelt dat er op verschillende plaatsen een grote differentiatie is van logica’s, die naast elkaar bestaan. Door het denken en doen van mensen op deze manier te beschrijven, ontstaat er wellicht meer ruimte dan bij Foucault. De maatschappelijke ordening, zoals hij die beschrijft, is massief en doortrokken van macht. Het pluriforme logica model is lichter. De logica’s bestaan naast elkaar en kunnen elkaar ook deels overlappen. Er kan wellicht een dialoog ontstaan tussen verschillende logica’s, waarin de ene logica de tekortkomingen van de andere logica duidelijk maakt en misschien zelfs alternatieven biedt. In plaats van insluiting en uitsluiting zijn er dan meer posities mogelijk.
Mijn vraag is of het begrip ‘logica’, zoals geïntroduceerd door Mol, zodanig voortbouwt op het werk van Foucault, dat het perspectieven biedt voor maatschappelijke verandering, ook buiten de door haar gekozen casus, ‘de behandeling van en het leven met diabetes’.
Foucault, M.(1975), De geschiedenis van de waanzin. Boom, Meppel.
Foucault, M. (1977), Discipline and punish. Penguin books, Harmondsworth Middlesex.
Mol, A. (2006), De logica van het zorgen. Actieve patiënten en de grenzen van het kiezen. Van Gennep, Amsterdam.